De Ramp Reizen vanuit de leunstoel u een grief tegen om het even wie? Geef hem of haar aan bij een 'meldpunt', en wees ervan ver zekerd dat de inquisitie in het geweer komt. Albert van der Zeijden is in dienst van de tijdgeest. Hij doet de gor dijnen van zijn studeerkamer dicht, en zet zich aan de schrijf tafel om het verleden aan te passen. Want stel je voor! Het ver leden is verdorie uit de mode! Daarbuiten, in de avondschemer van het Avondland, zijn nog even de voortwentelende wieken te zien van de Hollandse molens, die zo'n geweldige pr-waarde hadden voor onze kaasexport. Over culturele identiteit gesproken. Dolzinniger dan ooit wentelen ze rond en rond, die wieken. Ja, windmolens genoeg in dit land, maar altijd te weinig ridders om ertegen ten strijde te trekken. j.K. Je kunt zo in het algemeen je bedenkingen hebben tegen het georganiseerde herdenkings- geweld. Echter, wat betreft de Watersnoodramp van '53 kan ik uit eigen ervaring zeggen dat het gebeuren zich binnen enkele maanden bij mij van een formeel historisch feit tot een grote tra gische gebeurtenis heeft ontwik keld. Hierbij heeft het boek De Ramp van Kees Slager een grote rol gespeeld. Op indrukwekkende en overvloe dige wijze geeft het een beeld van 'de onderkant' van de ramp waar door de officiële, gelijkgeschakelde versie van dit stuk geschiedenis in het geheugen van de lezer als het ware vervaagt, c.q. gewist wordt. De enige bruikbare methodiek bij zo'n opzet is natuurlijk die van 'oral history', een werkwijze waar in Slager zich in het verleden al ruimschoots bekwaamde. Juist bij zo'n werkwijze, waarbij het lijkt of de schrijver afwezig is, is natuur lijk een vaste hand een vereiste. In tegenstelling tot Jan Blokker die in een artikel in De Volkskrant (23-1- '93) als algemeen bezwaar tegen het boek naarvoren brengt dat het in de duizenden (op zichzelf haast allemaal prachtige details) dreigt te verdrinken; vind ik dat er wel degelijk in het boek sprake is van een onderhuidse visie op en een kritische recon structie van de gebeurtenissen. Wellicht het enige detail dat er bekaaid af komt is de verwerking van de gruwelijkheden door de getroffenen. Maar waarschijnlijk heeft Slager aan dit aspect opzette lijk weinig aandacht besteed 'van uit het perspectief van die tijd'; het verwerken van verlies was toen nog een privé-zaak. Het laatste hoofdstuk van De Ramp is dus noodzakelijkerwijs grotendeels onzichtbaar gebleven. A.v.d.V. Jan J.B. Kuipers, Een zomerreis door achttiende-eeuws Zeeland 36

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1993 | | pagina 36