De ontdekkingsreiziger Uit de serie 'Verhalen voor na het slapen' RAATS Een man werd ontslagen en zat zonder werk. Gezien zijn leeftijd 35 en academische opleiding was het niet waarschijnlijk dat hij ooit nog ergens aan de bak zou komen. 'Wa wa wa kennis wa wa wa boven laag wa wa wa jammer,' zei de meneer van het arbeidsbureau. Vak- kenvullen bij A. Heijn was een optie die hem geboden werd. Eén ogenblik nog dacht hij dat hij het verkeerd verstaan had omdat de meneer twee voortanden miste. Maar voor zakkenvullen moest hij bij de overheid zijn, grapte de meneer. 'Jetzt steh ich hier, ich armer Tor, und bin so klug wie je zuvor,' dacht de man want hij kende zijn klassieken. Somber liep hij naar huis, zette een pot thee, ging op de bank zitten en wachtte tot het eten werd opgediend. Net op tijd besefte hij dat je dan als alleenstaande lang kunt wachten. Door zijn opleiding had hij een scherpe kijk op die dingen gekregen. Zuchtend viste hij een diep vriesmaaltijd barstensvol vitaminen en verse groenten uit de vrieskist en kieperde deze vervolgens in de vuilnisbak. Hij had geen honger en bovendien scheelde dat weer een afwas. Hij schonk zich een kop thee in, ging aan tafel zitten en staarde voor zich uit. 'Waar is het fout gegaan in mijn leven,' dacht hij bitter, met de logi ca van de man die denkt dat alles wat fout gaat aan hemzelf ligt. Na twee kopjes thee was hij er nog niet achter, maar ja, zo snel gaan die dingen niet. Bovendien was hij het nadenken nogal verleerd omdat hij jarenlang in overheidsdienst had gewerkt. Als een man ontslagen wordt en merkt dat de wereld niet meer op hem zit te wachten, of gewoon vol is zodat hij er niet meer bij kan, komen allerlei jongensdromen naar boven. Brandweerman worden, of politieagent of filmster. Die dromen komen vaak niet uit. Diverse opleidingen gooien roet in het eten, zodat je voor het een te slim en voor het ander te stom bent geworden. En dan word je iets waarvan je nooit gedroomd hebt. Ambtenaar of zo. In ieder geval iets waar je je dag niet mee kunt vullen. Maar héél, héél diep in het geheugen van de man zat nog een jongensdroom waar hij nooit mee voor de dag had durven komen omdat het zo onrealistisch was. Een droom over de wereld van échte mannen, avontuur, roem, zweet en onafhanke lijkheid. Kortom, iets wat niet bestaat. En zo, gezeten aan zijn tafel, met voor zich het derde kopje thee viel 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1993 | | pagina 5