steeds grotere snelheid door de vegetatie, konijnen en fazanten op schrikkend. Terug in de straten nam hij een taxi naar huis. Dit was geen moment voor spaarzaamheid. Dit was een noodtoestand. Op zijn zolder zeulde hij zijn chemische spulletjes tevoorschijn en ging aan het werk. Zijn kennis van middeleeuwse alchemie kwam nu goed van pas. Hij werkte dag en nacht, liet zich alleen afremmen door lichamelijke noden, en had binnen veertien dagen zijn formule. Hij huurde een oude tankwagen, vulde die met zijn brouwsel en reed naar zijn oude vijand, Amadeus von Brakken, die een kleine lucht vaartmaatschappij voor gewasbesproeiing op Zestienhoven exploi teerde. Hun grillige relatie was gebaseerd op een oud rafelig Gestapo- dossier dat Martenglass ooit aangetroffen had tijdens zijn vele ge snuffel in oude archieven. Vanzelfsprekend had hij het nooit gelezen; dat zou een indiscretie geweest zijn, maar alleen al de verwijzing ernaar had Von Brakken vaak opvallend behulpzaam gemaakt. Wanneer hij niet in hoger sferen verkeerde, zat deze voormalige tweede-wereldoorlogsheld van de Luftwaffe in zijn kleine met golf platen afgedekte keet bij de startbaan om Schotse whiskies te proeven en zich te oefenen in verwensingen om zijn personeel in toom te houden. Hij was een zestiger, met sneeuwwit haar, een rose, besproet en pokdalig gezicht met bleke lippen die altijd gebarsten waren en bevlekt met nicotine. Von Brakken deed nooit moeite om zijn woede te verbergen over de greep die Martenglass op hem had en geregeld had hij zijn Luger getrokken om hem met de dood te bedreigen. Natuurlijk raakte Martenglass niet onder de indruk. De dood boe zemde hem geen angst in. Ditmaal was Von Brakken beter geluimd dan gewoonlijk en grinnikte zelfs om het plan van Martenglass. "Donnerwetter," riep hij uit, "dat ist ja een verdammte goede Witz," en beloofde zonder aandringen het Martenglassbrouwsel over een kudde zonaanbidders te sproeien. Een afspraak voor de volgende ochtend werd gemaakt en een Intens voldane Martenglass keerde huiswaarts om wat slaap in te halen voor de grote dag. Volgens zijn berekeningen zou het ongeveer vier uur duren voordat de uitwerking van zijn uitvinding zichtbaar werd, dus had hij zeker tot morgenmiddag de tijd. Voor de gelegenheid had hij zijn roomkleurig costuum aangetrokken. Hij ging naar een van de drukste stranden, huurde een ligstoel en nes telde zich daarin met het laatste nummer van SPECTRUM, het blad 18

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1993 | | pagina 18