De transformatie van de geschiedenis van De Vliegende Hollander tot
'authentiek' Terneuzens volksverhaal komt op rekening van een van
die schrijvende predikanten aan wie ons land in de negentiende eeuw
zo rijk was. R.C.H. Römer plaatste een dichterlijke bewerking van
Marryats verhaal in de Zeeuwsche Volksalmanak van 1846 ('Het
vliegend schip'), en meldde dat het volksverhaal de kapitein Van der
Deeken (sic) noemde 'uit het gebied van de stad Ter Neuse omstreeks
het begin der zeventiende eeuw'. Römer, kind van de Romantiek,
maakte dus met enkele pennestreken van de roman een in de boezem
der lokale bevolking ontstane sage. Afgezien van deze taxonomische
verschrijving maakte hij De Vliegende Hollander ook werkelijk tot
volksverhaal, juist door zijn populariserende almanakversie.
4.
Het heeft op de wereldzeeën altijd van spookschepen gewemeld.
Langs de noordoostelijke kusten van de Verenigde Staten waren er al
zo'n vijftien bekend. Ook Ierland, het Oostzeegebied en de Finse Golf
kennen ze. Het Baltische fantoomschip heet Carmilhan en wat de
Finnen betreft: die zijn door hun naburen altijd al om hun vreemde
kunsten gewantrouwd. Ook Nederland kan als zeevarende natie van
ouds bogen op bovennatuurlijk maritiem verkeer. De godslasterlijke
Fries Barend Fokkes, bekend als snel zeiler, vertrok rond 1678 op een
reis naar de Oost en kwam nooit weerom. Hij moet eeuwig varen
tussen Kaap Hoorn en Kaap de Goede Hoop, terwijl hij met de duivel
dobbelt om zijn ziel. Wat erger is: de Friezen noemden hem soms
abusievelijk schipper van De Vliegende Hollander. Een zeiler die wel
bijzonder in het oog moet lopen is verder 'het schip van Ternuten',
De Almacht, dat een lengte heeft van Texel tot Amsterdam en waarop
tussen kampanje en bakdek boodschappen en bevelen worden over
gebracht door mannen te paard. Dit schip is zo immens dat alle ver
zopen matrozen van de zeilvaart er werk op hebben gevonden. En dat
is goed, want Christus zelf staat aan het roer en op de schouder van
de kapitein zitten Wodans raven, die hem alles vertellen.
5.
De roman van Marryat biedt minder buitensporige fantastiek, en
houdt zich keurig aan de literaire conventies van de periode waarin
hij ontstond en het genre waartoe hij behoort. Het is een typisch
romantisch epos, dat door genadeloze bewerkingen tegen wil en dank
'jongensboeken'-literatuur is geworden. Marryat laat kapitein Willem
12