de andere zintuiglijke indrukken in de westerse cultuur.
De Amerikaanse folklorist Alan Dundes schrijft in zijn korte essay
'Seeing is Believing' (1972)2 dat het primaat van het zien er bij de
Amerikaanse kinderen van jongsaf wordt ingestampt: 'Americans
are conditioned from childhood to believe that "what you see is
what you get".'
De geschiedenis van het westers denken geeft een scherp
onderscheid te zien tussen zintuiglijke waarneming en de rede. De
kracht van de rede werd van de twee categorieën altijd superieur
geacht. De vijf zintuigen van Aristoteles - zien, horen, ruiken,
smaken en voelen - leverden informatie die ijdel en bedrieglijk
kon zijn, vergeleken met het vermogen van de rede.
Het waardeverschil tussen 'subjectief' en 'objectief', en tussen
'lichaam' en 'geest' geeft ook uitdrukking aan ongelijkheidwaardig
heden, die samenhangen met die van zintuiglijkheid en rationaliteit.
Nu moet redenatie zich altijd op een of andere wijze bedienen van de
metafoor - en Dundes stelt dat de Americaanse logica en rede
neerkunst hecht verbonden zijn met in het bijzonder de visuele
metafoor. Noord-Amerikanen zien de wereld in metaforische zin
eerder dat dat ze haar horen, voelen, ruiken of proeven. Het zintuig
van het zien wordt in opsommingen dan ook meestal als eerste van
de vijf genoemd.
In weinig bladzijden brengt Dundes een vracht data bijeen om
zijn zienswijze te onderbouwen. Eén voorbeeld kan volstaan om
de vaak nogal losse manier van associëren in zijn betoog te illu
streren: 'Strangely enough, at hearings there is an insistence that
hearsay evidence be rejected and that only eyewitness testimony
be accepted.'
De relatie van de rede middels de visuele metafoor tot het zintuig
van het zien geldt natuurlijk voor de westerse cultuur als geheel - vgl.
bij voorbeeld de Duitse term Weltanschauung -, voor zover deze
teruggaat op het Grieks-Romeinse en Joods-Christelijke erfgoed
(de traditie volgend ga ik uit van drie voedingsbronnen: de Grieks-
Romeinse, de Joods-Christelijke en de Keltisch-Germaanse). Voorts
bedient de rede zich van het woord, en het woord bedient zich van
het schrift, een visueel medium. De tactiele variatie ervan, het
braille, is immers niets dan een afgeleide van het visuele schrift.
Technologische innovaties hebben zich dank zij het schrift kunnen
verbreiden, en hebben op hun beurt de geografische en sociale
7