aankondigde. Het toezicht houden viel hem te zwaar, de halve zon
dag in de kerk doorbrengen was te lang.
Het ergste was dat hij geen opvolger kreeg. 'Niemand wil meer Swies
zijn. Nu kunnen ze de kerk afbreken.' Hij bedoelde dat de lieve jeugd
nu zijn gang kon gaan, nu hij de orde niet langer zou handhaven. Hij
zal niet vermoed hebben dat hij in bepaalde zin gelijk kreeg. Enkele
jaren na zijn dood begon de grote afbraak van het oude in de Kerk.
Toen mijn grootvader, 86 jaar oud, stierf, verdween de laatste en
laagste functionaris uit de roomse hiërarchie, een onvergetelijke
figuur, even kleurrijk als de karmijnrode band met de vergulde
gotische krulletters van EERBIED IN GODS HUIS.
19