johanna Coomans, de 'eerste' Zeeuwse dichteres Lou Vleugelhof Johanna Coomans is een dichteres uit Middelburg, die leefde in de eerste helft van de zeventiende eeuw. Zij werd door haar tijdgenoten hoog de literaire hemel in geprezen als 'een parel van haar eeuw, een spiegel voor de vrouwen, een spoor voor alle Zeeuwen, een licht van haar geslacht, een ciersel dezer eeuwen, een recht voedsterkind der Muzen, de Zeeuwsen roem'. Kortom, de wierookgolven van lof en verering waarin de Renaissancekunstenaars eikaars gelauwerde hoofden plachten te hullen en voor ons te verhullen, hebben het zicht op het dichterschap van deze Middelburgse dichteres voor een groot deel benomen. Ik heb niet de pretentie om met dit artikel alle wolken van pane gyriek om haar voorhoofd weg te vagen zodat haar ware gezicht te voorschijn kan komen. Ook het steken van de loftrompet, hoe schel die ook kon klinken, behoorde tot het ware gezicht van de Renaissancedichter. Zowel de groten als ook de mindere goden deden niet onder voor elkaar in het uitbundig bejubelen van eikaars goddelijke gaven. Het lijkt erop alsof men in de jubel om eikaars grootheid een legitimatie zocht van eigen kunstenaarschap. Als een andere dichteres en tijdgenote van Johanna Coomans, Anna Roemers Visscher, in 1623 Middelburg bezoekt, bewijzen de twee dichteressen elkaar de grootste eerbied en achting en proberen elkaar te overtreffen in het steken van kleurige en geestrijke pluimen op eikaars hoeden. Was deze wijze van bejegening onder kunstbroeders en -zusters alleen maar een trendy, modieus verschijnsel dat men van de Oudheid had afgekeken? Niet veel meer dan een elegant compliment waarmee men elkaar de loef afstak in vertoon van eruditie en vernuft? Of was men in de zeventiende eeuw echt zo ruimdenkend, meelevend, tolerant en kritiekloos enthousiast ten aanzien van elkaar en van eikaars literaire scheppingen? In elk geval had de dichteres Johanna Coomans niet te klagen over gebrek aan aandacht van haar tijdgenoten-mededichters. De literaire 'roem' van Neeltje Maria Min, Anna Enquist, Elly de Waard, om maar enkele vrouwelijke coryfeeën van deze tijd te noemen, ver bleekt tot vluchtig krantenjargon vergeleken bij de 'duurzame' lau werkransen waarmee Johanna Coomans en met haar vele anderen werden omkranst. Op 'de monumenten duurzamer dan brons' van Ovidius volgde 27

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1995 | | pagina 27