"Tijd betekent niets in de eeuwigheid. Bovendien, wat zeur je toch.
Iedereen kon de naam krijgen die men wilde. Er waren er genoeg.
Tegenwoordig hebben duizenden mensen dezelfde achternaam. Dat
komt omdat ze op zijn."
"Oh ja?"
"Ja."
Zo'n beetje in dezelfde tijd kwam Samson uit zijn bed.
"Jongen, wanneer ga je nou eindelijk eens naar de kapper," zei zijn
moeder.
Samson zuchtte. Dat gezeur over dat haar altijd.
"Ik ga niet als een gabber rondlopen. Ze kunnen me wat."
"Je hoeft niet als een gabber rond te lopen. Gewoon netjes. Net
als de buurjongen. Die hangt tenminste niet met zijn haar in de
linzensoep. En Delilah
"Delilah hoeft enkel maar haar bek te houden en kindertjes te
krijgen."
"Nou, ze was anders van plan om vannacht als je slaapt je kop kaal
te scheren."
"Dat mag ze doen. Als ze dat in haar hersens haalt zal ik de jongens
van de sportschool even langssturen. Die zullen haar dan effe
scheren, maar dan wel helemaal, als je begrijpt wat ik bedoel."
Van pure woede trapte Samson tegen de stijl van de deur. Die viel
krakend om, nam de deur mee, vervolgens stortte de binnenmuur
in, de zolder kwam naar beneden en tenslotte stortte het hele huis
in. Dat gezeur van die wijven ook altijd. Daar kun je je toch zo
kwaad om maken.
23