Een pijnloze knobbel
kan onheilspellender zijn
dan een pijnlijke.
Daar verrezen de underground-tempels Paradiso en Fantasio (de
namen zijn bedacht door Hans Verhagen), daar kwam de flower
power en men tripte op LSD. Hans Verhagen ging zoals altijd weer
zeer ver, slokte gulzig van dat alles. I shall be released, zong hij,
begeleid door een popgroep, op een culturele bijeenkomst bij Claus
en Beatrix op Drakesteyn. Niet lang daarna verdween hij weer een
tijdje uit mijn blikveld. Ik was intussen bij de Haagse Post gaan
werken en als we elkaar weer eens zagen, vertelde hij dat hij grote
reizen maakte. Hij zag er ernstig uit en noemde Maria Magdalena.
Hij trok zich toen wel eens terug in een huisje op Walcheren,
waar Wim van der Linden hem filmde voor de VPRO. Waar is Hans
Verhagen? was de titel en de filmbeelden toonden de toen zeer lang
harige dichter als een heremiet in het Zeeuwse land, een kudde
schapen stapte voorbij en hij sprak over Jezus. Was hij op de Jezus-
toer? Ging Hans Verhagen weer eens te ver?
De belangstelling voor de Man van Nazareth was in de subcultuur
van die dagen erg groot. Ik stelde de Haagse Post voor een cover
story te maken met als titel Jezus is terug. "Je pakt het wel erg
grondig aan door Jezus zelf te interviewen," zei een toenmalige HP-
collega tegen mij die uitzicht op mijn achterbalkon had en mij daar
in gesprek had gezien met een slanke man met zeer lang haar,
lange baard en gekleed in een stralend wit pak. Dat was Hans
natuurlijk, ik had hem gevraagd om een column over zijn nieuwe
Jezus-beeld te schrijven, die zou bij die coverstory worden afgedrukt.
Hij ging ernstig op het verzoek in en schreef (HP 13 mei 1970) over
de levensweg van de mens, over het drama dat zich in elk mens
voltrekt: "Hij voelt zich een speelbal, weet eigenlijk niets van zich
zelf en beseft dat er geen goed bestaat zonder kwaad. De zoeker wil
een methode vinden om dichter bij zijn ware Zelf te komen. Steeds
minder kan hij leren van zijn medemensen, even falend als hijzelf.
Hij heeft een echte leraar nodig. Dat is waar Christus binnenkomt."
Wat christendom en kerk betreft had ik Hans nooit anders gekend
dan als een harde spotter, dus ik keek wel op van zijn nieuwe ernst.
Opnieuw ging hij tot op de bodem van een nieuwe ervaring. Onze
contacten werden schaars, de gesprekken stroef. Maar een jaar later
was het allemaal weer over. Opgewonden gaf hij mij de drukproe-
57