In 1992 organiseerde ik een pro ject waaraan zes vrouwen deel namen. Ik was door Peter Küster- mann uit Minden uitgenodigd om een tentoonstelling rond vrouwen en mail-art te maken. We werkten een half jaar samen via een roulerend systeem met 6 mappen en 36 vellen papier. Het thema was de 'Metamorphoses' Tegel aan 'De Watertoren' in Vlissingen. van Ovidius. Er ontstond een in tensieve samenwerking tussen de vrouwen. Vol verbazing merkte ik echter hoeveel weerstand dit project bij sommigen opriep. Een project per post met slechts zes deelnemers; dat druiste regel recht in tegen het vrije en uitnodigende karakter van mail-art. Bovendien waren alleen vrouwen bij het project betrokken. De vraag die opkomt is of je dit project als mail-art kan beschou wen. De basis van mail-art is het per post versturen van werk naar een ander. Het is in kringen van mail-artbeoefenaars een traditie geworden dat iedereen aan een willekeurig project kan meedoen. Vrijheid, internationaliteit, communicatie en post, daar draait het bij mail-art om. Maar is een 'tegelproject' of het 'Ovidius' project geen mail-art meer omdat er sprake is van een beperkt aantal deel nemers? Dat lijkt mij van niet. Elke keer als ik het door mij ge plaatste tegeltje zie, krijg ik een tevreden gevoel. Ik heb het ding onder een oer-Hollandse brug geplakt, zodat je het goed kunt zien als je onder de brug door vaart of schaatst. Het is natuur lijk een mooie gedachte dat er op honderd verschillende plaat sen op deze wereld tegeltjes han gen die op dezelfde dag geplaatst zijn. 43

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1998 | | pagina 45