Oosterschelde Larrie Genkvos ik bevaar je oogbol als was ik Columbus maar ik kan niet kermen met het hout ik kan niet juichen met het oog van de mastmatroos ik ben de ontdekker zonder beweging de wind slaat haar ogen neer in de duinen het strand stroomt vol van genot dit is een eiland baren uit de troon van het bekken ik ben een systeem van verliezend vocht niemand maakt een reis dan terug naar waar men vandaan komt ik ben niet hier. het water is een spiegel. ik ruil een vat wijn voor de karabijn en ik buig in de burcht waar ik woon ik ontwaak met helmgras groeiend daar waar mijn wenkbrauwen waren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1999 | | pagina 25