Het stuk wordt gemaakt door de personen van het drama. Dat is
altijd bij toneelstukken het geval. Maar bij De Geschiedenis van Den
Soldaat drijft de plot van het stuk op de personen. En de Soldaat als
hoofdpersoon laat zich weer drijven op het verhaal, de wederwaar
digheden. Het lijkt allemaal voorbeschikt wat er gebeurt. Daardoor
verliest de Soldaat aan kracht van handeling. Hij lijkt soms zo plat
als een uitgezaagd figuurtje van triplex. Een karikatuur van een
Soldaat, geen vechtjas, geen militair, geen big boy voor wie de
meisjes langs de weg het hoofd omdraaien. Je moet eens zien wat hij
bij zich heeft: een viool, een spiegel, een zeepdoos van blik en een
schone kraag in krantenpapier!
Neem de Duivel. Hij is de tegenspeler van de Soldaat. Als het stuk
begint, is de Soldaat op mars. Na zeven stappen komt hij de Duivel
tegen. Die vraagt hem pardoes om hem, de Duivel, z'n viool te ver
kopen. De Soldaat zegt Nee. De Duivel dringt aan. De Soldaat gaat
overstag. De Soldaat heeft nu de beschikking over al het geld van
de wereld, maar de Duivel blijft aan de leiding. De verhoudingen
draaien pas weer om als de Duivel in het kaartspel wordt verslagen.
De Soldaat, die al die tijd behoorlijk in de penarie heeft gezeten,
weet namelijk op het beslissende moment de kaart Harten Vrouw
op te gooien, waardoor het spel in zijn voordeel is beslist. Toch is
de Duivel in het toneelstuk in het eindeffect niet de verliezer. De
Soldaat keert naar de 'wereld hier beneden' terug, is ook weer de
baas over z'n eigen ziel, maar hij moet alles achterlaten wat hij in de
andere wereld heeft verworven. En de duivel lacht op duivelse wijze.
Neem de Prinses. Zij zwijgt in alle talen. In die rol straalt zij echter
als een ster. Als je je voorstelt dat de Soldaat voor de Faust staat, ver
vult de Prinses de rol van Gretchen, het 'ewig weibliche'. Ze werkt als
een magneet, die het element ijzer, in dit geval De Soldaat, aantrekt.
Maar omdat ze tegen de Soldaat niet van die mooie dingen zegt als
in de Faust, blijft ze in ons gevoel toch een plaatje met een glimlach.
Haar ontdekking door de Soldaat en haar genezing, waarin hij de
hand heeft, vormen het sprookjesmotief (Doornroosje): het schone
wordt beproefd door het sterke. In een sprookje zeggen prinsessen
ook niet veel. Maar omdat de Soldaat de Prinses uiteindelijk toch
niet zal krijgen, lijkt het meer op een persiflage.
De Soldaat op zijn beurt trekt De Duivel aan, en zo ontstaat er een
aardig soort driehoeksverhouding. Die wordt pas verbroken als de
10