Dramatische analyse Er zijn twee elementen die onmiddellijk opvallen bij lezing van het stuk. Dat is in de eerste plaats de aanzienlijke rol van de voorlezer. Ten tweede het feit dat het stuk geen bedrijven kent in de traditio nele zin en dat de dramatische handeling verdeeld is over een aantal (meestal drie of vijf) episoden of fasen die gezamenlijk het drama tisch plan vormen. De schrijver heeft het stuk ingedeeld in twee gedeelten, die hij aanduidt als Het Eerste Gedeelte en Het Tweede Gedeelte. Natuurlijk is er een samenhang tussen deze twee delen, vooreerst een chronolo gische - de hoofdpersoon is jaren ouder in deel twee - en verder een psychologische samenhang - de geest van de hoofdpersoon is dras tisch veranderd. De invoering van een voorlezer suggereert dat we hier te doen hebben met een episch drama, het drama dat Brecht in die jaren tot ontwikkeling zal brengen. Een dramavorm die episoden uit de dramatische handeling aaneenrijgt en waarin de verteller de rol heeft om die episoden al vertellend tot een eenheid te smeden. De voorlezer bij Ramuz echter lijkt veel meer op de verhalende dichter van het Homerische heldendicht. Deze verteller is bij Homerus tegelijk buiten de geschiedenis die hij vertelt en tevens is hij in de geschiedenis alsof hij getuige is geweest van de gebeurtenissen. De invalshoek of het gezichtspunt bij de voorlezer van Ramuz varieert naargelang hij zich verplaatst in de optiek van deze of gene per sonage. In zijn stem, zijn ritme, zijn toon probeert hij de stijl van spreken van de verschillende personages te imiteren. Hij kruipt als het ware in hun huid en speelt ze alsof hij zelf de ervaringen en belevenissen doormaakt. Deze instabiliteit van de vertellende in stantie wijst vooruit naar de Nouveau Roman waarin deze steeds kan wisselen. Voor ons die in de moderne film en het moderne theater wel wat gewend zijn levert dat geen moeilijkheden meer op, maar het is goed denkbaar dat de tekst van Ramuz daardoor moeilijker toegankelijk was voor zijn tijdgenoten. Hoezeer de dramatische handeling ook onderbroken lijkt door de voorlezer, is hij tegelijk als verteller degene die het verhaal verder ontvouwt en ook door zijn directe deelname als personage de dramatische lijn voortstuwt. Die dubbele rol speelt hij in beide ge deelten. Beide gedeelten sluiten chronologisch aan bij elkaar, maar vormen vanuit handelingsoogpunt gezien twee aparte drama's. Beide kennen de conventionele structuur van een klassiek drama (klassiek 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2000 | | pagina 16