Tijdens de muziek al begint de expositie: de voorlezer geeft kort de noodzakelijke gegevens over de soldaat aan het publiek. De soldaat komt op en pakt zijn koffertje uit. Het laatste dat hij daaruit opdiept is een kleine viool. Na alle materiële zaken stuit hij op zichzelf, op zijn ziel. Een viool in een koffertje van een soldaat tilt de realistische opening van het spel onmiddellijk op een ander (een symbolisch) niveau. Dat is dan ook het moment dat de duivel verschijnt. De ex positie is hier ten einde en het motorisch moment heeft haar intrede gedaan. Het motorisch moment Het stemmen van de viool door de soldaat is het motorisch moment. Dat is een belangrijk moment in een drama. De Duitsers spreken van 'der anregende Moment'. Vanaf dit ogenblik begint het drama zich te ontwikkelen langs de door de auteur uitgezette stuwingslij n. De crisis In de eerste spelscène komt het al snel tot een crisis. De soldaat wordt een gemakkelijke prooi van de duivel en ruilt zonder moeite zijn viool voor een boekje, waar de soldaat overigens geen snars van begrijpt. De duivel blijkt niet te kunnen spelen op de viool. Maar hij lokt de soldaat mee naar zijn huis met de belofte van drie dagen volop eten en drinken. Met deze eerste nederlaag van de soldaat eindigt de eerste scène. Eigenlijk is hier al sprake van de ondergang van de protagonist. Zel den zal een drama zich in zo korte tijd, zo snel van de opening tot de ondergang van de hoofdpersoon voltrekken. Is dit het definitieve einde? De toeschouwer blijft toch benieuwd hoe het verder zal gaan. Het verhaal gaat verder, het drama krijgt epische karaktertrekken. Het is dan ook alleszins aannemelijk dat de voorlezer het vervolg voorlopig voor zijn rekening neemt. De tweede scène De voorlezer richt zich tot het publiek in bewoordingen alsof hij zijn gedachten gelezen heeft. "Gij denkt natuurlijk dat de soldaat met den vreemdeling meeging - en inderdaad hij ging zooals gij dacht dat het ging." De voorlezer bevestigt het publiek in zijn gedachten, maar het is waarschijnlijk dat hij door een twijfelachtige, ironische ondertoon 22

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2000 | | pagina 22