De Geschiedenis van Den Soldaat Pieter Schoonheim
Wie is de Soldaat? En wat is zijn geschiedenis? De Soldaat, dat zijn
wij allemaal: de mensen die van hun werk, hun job, hun karwei naar
huis terugkeren. Te voet, met de wagen of hoe dan ook. De tocht valt
niet mee, zit eigenlijk danig tegen. Het stof op de weg, de zon aan de
hemel, het is allemaal bezwaarlijk en geeft aanleiding tot gekanker
en geklaag. Zoekers zijn wij, kleine krabbelaars, net als de Soldaat.
Wij zijn op weg naar het grote geld, eer en roem, onsterfelijkheid,
mooie vrouwen, zowel tijdelijke als eeuwige dingen. Toegegeven, die
dingen vormen samen een verwarrende berg artikelen. We worden
in verwarring gebracht door onze eigen ambities en vallen dan ten
prooi aan de begeerten des vleses. Want daar waar het hart en het
hoofd zijn uitgeteld gaat het onderlijf regeren. Al die dingen heeft de
Soldaat ervaren.
Je loopt wel degelijk risico op zo'n mars naar huis. De oorlog is voor
bij, maar het gevaar loert nog. Oorlog en vrede zijn zuivere tegen
stellingen. Ze grenzen niet aan elkaar, zij zijn niet één geheel. Tussen
oorlog en vrede zit de overwinning of de nederlaag. En op de neder
laag volgt de aftocht. Onze Soldaat, die voor veertien dagen verlof
heeft, is - als het stuk begint - lichtelijk verward, ontevreden in
elk geval. Zo is hij een hapklare prooi voor de verleidingen van de
Duivel.
Dan is er nog de grote puzzel: zullen we ons thuis halen? Of zullen
we onderweg omkomen, omgebracht worden, of gewoon sterven?
De mens is sterfelijk, maar de Soldaat is twee keer zo sterfelijk. Op
reis gaan betekent in principe: veranderen. Hoe meer bijzonder de
tocht, des te specialer zal ook de overgang zijn. De tocht van de
Soldaat is speciaal: zijn wederwaardigheden weerspiegelen zijn over
gang naar de andere wereld, en terug. Daarbij blijft het een grote
vraag of hij iets leert van wat hem overkomt. In het stuk wordt dat
niet duidelijk. En omdat wij allemaal de Soldaat zijn, geldt dit voor
ons dus ook. Wij krijgen ook de kans te veranderen, over te gaan, te
sterven. Zo kunnen wij ons aan de Soldaat spiegelen. En al naar ge
lang hoe onze eigen ziel eruit ziet, kunnen we 'luidkeels' schrikken
als we onszelf in de spiegel zien, of zoet glimlachen. Aan het eind
van het stuk is zelfvoldaanheid er niet bij. Hoogstens een gevoel van
evenwicht. De oorspronkelijke bedoeling van het theater: catharsis,
reiniging, speelt hier een rol.
9