Kort bezoek aan E. te Veere George ter Horst November zondagochtend vroeg niet geslapen Alle gedichten weggegooid waar naar toe liep Naar nevelig Veere over rijstvelden en erg zout water Speelde piano in m'n hoofd voor E. legde lange Reeksen herinnering op de toetsen logaritmen Ideeën kindernamen speelde m'n voeten - hoe ze Over Italiaanse heuvels hadden gelopen in de Winter hangt een grote vlek tussen Middelburg en Veere een grijze lege zee de lucht is drassig De bodem overweegt basalt uit m'n ingewanden Groeide een dorst van voorgaand nachtelijk drinken Had een bidon mee moeten nemen zoals wielrenners Waarom was ik schipbreukeling te voet gegaan Besloot mijzelf niet zulke vragen meer te stellen Veere ze deed de deur niet open het licht was Zilverig en vreemd en joeg over de oude kademuren Liep terug verdwaald in het verlangen te begrijpen Ik had haar de zee willen geven en een wind om Zelf te waaien de stilte galmde steeds luider Boven de landerijen in de verte zweemde Middelburg Achter een dunwit gordijn alles loste op in deze Stilte vervloog als waterverf in water naast me Dreef god langgerekt en grijzig let goed op zei Hij z'n stem een goochelaar op tournee ik besta En besta niet ik ben tegelijkertijd hier en daar Dat is kwantummechanica mompelde ik onverschillig M'n lichaam was zwaar de toren van Middelburg Verwilderde tegen de lucht toen ik naderde 45

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2001 | | pagina 45