Ik keek naar zijn handen - en naar zijn vingers - en zag dat die een rood kinderportemonneetje omklemden. 'Dat is niet van mij,' lachte ik. 'Zit er wat in?' 'Nee,' zei hij ernstig. 'Ik heb even gekeken, het is leeg.' 'Waarschijnlijk van een kind uit de buurt,' veronderstelde ik. Het was even stil. Wat viel er nog meer te zeggen. 'Dan zal ik het hier maar achterlaten.' 'Prima, ik zal in de buurt navraag doen,' zei ik terwijl ik het goed kope plastic gevalletje omhoogstak. Misschien iets voor Opsporing Verzocht, wilde ik lollig doen, maar net op tijd slikte ik mijn opmer king in. 'Dan ga ik weer verder, het is nu net even droog.' Met een verlegen grijns draaide hij zich om en liep het tuinpad af. Daar ging hij weer op zijn onvergankelijke Batavus fiets, in zijn grijze regenjas, met dat grote verdriet in zijn lijf. Ik moest opnieuw aan zijn dochter denken. Raakte haar ongeluk enkel haar familie of ging het een hele stad aan? Als het laatste het geval was hadden de inwoners wel erg weinig gedaan? Behalve een paar smerige insinuaties en het meewarig belasteren van het echt paar Slagzin was er niets gebeurd. Natuurlijk, de politie had haar werk verricht, maar verder had niemand een poot uitgestoken. Waar was Elise nu? Lag ze in een betonnen jas onder het fundament van een nieuwe parkeergarage? Had ze haar naam veranderd? Was ze ondergedoken bij een Zuid-Amerikaanse sekte? Dacht ze nog aan haar familie? Leefde ze? Alle vragen die ik bedacht moesten Slagzin dage lijks kwellen. Zou hij erover geschreven hebben, vroeg ik me af. Had hij iets van zijn ontzetting aan papier toevertrouwd? Iemand die slagzinnen be dacht, hield zich met taal bezig en kon formuleren. Had hij het leven van zijn dochter beschreven? De dag van haar geboorte misschien? Of had hij de geschiedenis van haar verdwijning gewoontegetrouw in een enkele zin samengeperst, in één bloedende slagzin die nooit het daglicht zou zien? Precies een week nadat Slagzin met zijn vondst aan kwam zetten, trok een krantenkop mijn aandacht: Vermist meisje gevonden in Ant werpse haven. Ik dacht niet eens meteen aan haar, maar al lezende begreep ik dat het om Elise ging. Tijdens baggerwerkzaamheden was haar skelet aangetroffen. De politie beschikte niet 'over aanwijzin gen die een misdaad deden vermoeden'. 41

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2001 | | pagina 41