B. Mous
Vertwijfeling
Zwaar slaat de drank
Stukken uit mijn lijf
En gemoed
Sijpelt langs spijlen
Van een stoel
Ergens anders behoor ik
Te zitten
Op een zacht kussen
Dit is verfoeilijk
Maar ik wil, desondanks
Op zijn schoot.
Dronkemanschap
Ik hou van de fles
Omdat zij mij soelaas biedt,
Vanzelfsprekend
Maar ook omdat ik ervan
geniet
Meer dan dat
Zij geeft me steun,
In donkere tijden
Leeft op bij het lijden,
Wij kunnen dat nog niet,
Zij wel.
36