Boulevard Rinus Ferdinandusse Op lange benen sterk de voeten aan de grond gaat hij een heer langs de Westerscheldemond koers golfslag langs het strand zijn schouder gooit zijn jas in 't zand op beide vuisten sterk de knieën in de grond geen heer hij meer beest dat zee zoekt met zijn kont en als hij snerpend knerpt is 't of de Heer een toren in de golven werpt God hoe zou ik kunnen zingen over die Golfbreker in Vlissingen 37

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2004 | | pagina 37