Port Union, Terre Neuve, 29 september 1917 Ma Bourguignonne, Helaas, geen enkel bericht uit Parijs. Lieve Renée, schrijf me toch eens hoe het met jullie allemaal gaat. Schrijf je brieven vooral aan Robert Miradecque. Ik ben er nu pas achter gekomen dat ik werkelijk helemaal verkeerd zit. Terre Neuve is Engels grondgebied en dus bevind ik me nu verdomme weer in een land dat in oorlog verkeert. Ik moet hier weg. Als Robert Miradecque zou ik het nog wel even uithouden maar ik heb geen geld meer. Hoewel ik weinig merk van de oorlog zal dat voor jullie wel anders zijn. Met de visser die ik in Corner Brook ontmoette ben ik liftend naar het Bonavista schier eiland gereisd en gisteren hebben we in Botwood bij een oude kennis van mijn reisgenoot de nacht doorgebracht. Zeer inspirerend overi gens. Ik hoorde daar een verhaal dat ik je niet wil onthouden. Hier in Terre Neuve leefden oorspronkelijk de Beothuk Indians. Mary March was een Beothukvrouw die honderd jaar geleden door de Engelsen was gekidnapt. Ze heette eigenlijk Demasduit en in haar gevangen schap had men haar de Engelse taal geleerd. Zo beschikten ze over iemand die als tolk kon opereren. Het zal je natuurlijk[enkele zinnen onleesbaar. De brief is met potlood geschreven] terwijl Mary stierf als laatste van haar stam. Ik denk dat de Fransen hetzelfde hebben gedaan met bijvoorbeeld de Micmacs aan de French Shore in het westen van Terre Neuve. Waarom zouden ze die niet Frans hebben geleerd? ]e begrijpt dat mij zoiets als tweetalig persoon wei aanspreekt en samen met Frost op weg naar Labrador zou ik daar misschien meer van te weten zijn gekomen. Helaas neemt mijn reis een andere wending. Ik zit nu echt op zwart zaad en verzoek je dringend geld te sturen naar het Deens Consulaat. En let er vooral op dat je de naam Robert Miradecque gebruikt als geadresseerde. Je Arthur Later is gebleken dat Renée Loyd, de vrouw van Fabian Loyd, alias Arthur Cravan, alias Robert Miradecque enz. geld had gestuurd naar het Deense Consulaat ter attentie van één van Arthur's pseudoniemen. De brieven kwamen via Kopenhagen terug naar Parijs met de vermelding dat de geadresseerde vertrokken was met een Mexicaanse schoener, de Santissima

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2005 | | pagina 79