gebruikt en dat komt meer in de buurt. Onderwereld/bovenwereld
bevat de bekende componenten van de urban fantasy: perso
nages die in de gaten van onze wereld dreigen te vallen en daar
zwervers en magische wezens ontmoeten, het bekende inter
fereren van onze realiteit met de anderwereld. Maar De Lint
voegt er het wereldwijde elektronische netwerk als afzonderlijk
element aan toe. Niet de techniek op zich, maar het resultaat
dat iedereen gebruikt: telefoon, televisie, internet. De uitbrei
ding van onze realiteit met een cyberspace creëert ook in de
anderwereld een uitbreiding, waar nieuwe geesten ontstaan
en oude geesten een plaats vinden, waaruit mensen worden
geboren en waarin mensen verdwijnen.
De Lint voegt daarbij ook nog de aan Jung ontleende persoon
lijke realiteit van 'de schaduw': de ongewenste eigenschappen
die een mens van zich af werpt als een alternatieve persoon
lijkheid, die gewoonlijk vervaagt, maar soms verder uitgroeit in
de anderwereld.
Het resultaat is een mengelmoes van gelijkwaardige realiteiten.
Wanneer er een virus wordt gestuurd naar een raakpunt tussen
deze realiteiten, de mysterieuze website Wordwood, raakt de
balans verstoord en dreigt de totale ondergang. Vanuit ver
schillende personages worden de ontwikkelingen gevolgd:
Christiana, de schaduw van de schrijver Christy Riddell, die
natuurlijk een schaduw is van Charles de Lint zelf. Deze twee
personages richten zich in de eerste persoon tot de lezer, de
andere worden in de derde persoon beschreven: Saskia, de
vriendin van Christy die door de Wordwoodsite is gecreëerd,
Holly die samen met een huiskabouter een boekwinkel heeft,
Robert de bluesgitarist die zijn ziel verkocht aan een poortgeest,
de valse recensent Aaran en nog veel meer. Zij moeten de
balans herstellen.
Een vlot geschreven, goed gecomponeerd verhaal, vol ideeën en
met humor. De Lint opent nieuwe deuren in de urban fantasy
en dat is intrigerend en spannend, maar tegelijkertijd is de
roman daardoor niet representatief. De beelden die worden op
geroepen zijn minder vertrouwd en De Lint moet meer uitleg
gen dan anders het geval zou zijn. En al doet hij dat vakkundig
door die uitleg te verwerken in de dialogen van zijn personages,
toch verschuift het accent van het zo kenmerkende, onbehaag
lijke existentiële gevoel naar een filosoferende beschouwing.