breuk van Sint-Paulus, het begin van het christendom op dit intrigerende eiland, is halfduister, met draperieën, vaag op blinkend verguldsel, enorme, popachtige heiligenbeelden in gepolitoerde, met glas afgeschermde 'kabinetten', grote zij kapellen, met relieken volgestouwde vitrines. Een stuk pols been van de H. Paulus zélf wordt hier bewaard, in dit magische, onopvallend in een sterk aflopende zijstraat gesitueerde gods huis. De reliekhouder is een vergulde, staande pols met hand. In een met een parelrand afgezet nisje zie je het heilig beentje. Minstens zo belangrijk is de aanwezigheid van een deel van de zuil waarop Paulus is onthoofd. Het ontbrekende stuk bevindt zich in het centrum van dit sacraal heelal: Rome. Maria, vrijstaand, met stralenkrans en achteloos de Slang ver trappend, kijkt gehuld in Haar blauwe en goudbesterde mantel zegevierend en troostend op je neer. St. Paul's Shipwreck is een kerk zoals die moet zijn: een mys tieke, aan kinderlijke wonderzucht appellerende grot, volge pakt met symbolen en iconografisch suikergoed. Voorin be vindt zich een kapel met een groot beeld van een roze, in goud gehulde en machtig gevleugelde St.-Michaël, bezig met het neerslaan van een onder zijn voet kronkelende, donkerhuidige duivel met twee verfoeilijke hoorntjes op zijn kop. Het tafereel baadt in fel licht, een elektrieke oase temidden van het onaardse schemerlicht van de kerk. De blik van de demon op de aartsengel die het bezegelend lot aan hem voltrekt is angstig en zowel gluiperig als - verlekkerd? Geslachtelijke kenmerken zijn nergens te zien, maar dit meesterstuk van esthetisch aplomb en devotie achter glas heeft een haast homo-erotische uitstraling. De ultieme zonde, binnengedrongen in het Huis dat ondanks zijn hartstochtelijke stoffelijkheid alle zonde en vleselijkheid haat en verwerpt. Hier, in de schemer van de schipbreukkerk, lijdt ook de theologie zelf schipbreuk. Hier wordt in stilte uitgeschreeuwd wat we al wisten van eeuwen tot eeuwen: de officiële Drie-eenheid is niets dan een bloem op de gistende mestvaalt van die andere, oorspronkelijke Triniteit: die van Leven, Lust en Dood. O 00

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2006 | | pagina 82