In het gedicht 'Waanvoorstelling' van Catharina Blaauwen- draad, waaraan ik de titel van deze inleiding ontleend heb, mis leidt de realiteit. Er komt een beeld in voor van een vogel die het spiegeltje in zijn kooi aanziet voor een geopend raam, waarin hij zijn gelijke (zijn spiegelbeeld) ziet voor wie hij zijn mooiste lied zingt. In deze onbedoeld narcistische bespiegeling is de perceptie van de realiteit volledig verstoord. Door dichters wordt er heel verschillend met werkelijkheid en waarneming omgesprongen. Het is de moeite waard om te bekijken hoe in deze gedichten daarmee een spel gespeeld wordt of een strijd gestreden en hoe dat verkeer tussen waarnemer en waarneming soms raast, stremt en botst. De intrigerende vraag in hoeverre dat open raam een spiegel voor de dichter is, blijft onbeant woord. De hier gepresenteerde dichters bewonder ik om hun balans tussen intelligentie en emotie, hun bijzondere invalshoeken, hun meerduidigheid en taalrijkdom. Rest mij u, lezer, veel ge noegen te wensen bij uw ontdekkingstocht. april 2007

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2007 | | pagina 75