(((TRINC))) Vaak schrik ik als de bel gaat; kunnen deurwaarders zijn, of exen of zoiets. Maar het was weer een boodschapper van god. "Goedemorgen mevrouw." "Goedemorgen boodschapper van god," zei ik terwijl ik haar misprijzende blik volgde naar haar eindpunt. "Jezus liep ook wel eens op blote voeten, hoor," dacht ik bij mezelf. En: "Jezus had vast óók wel eens afgeblad derde nagellak op zijn tenen." Ik frommelde mijn voeten een beetje over elkaar heen en keek naar het foldertje dat de bood schapper van god in haar handen had. Ze was hier vaker ge weest, waarschijnlijk rook ze de miserie en dacht ze aan mij een plekje in de hemel te kunnen verdienen. Ze had dit keer zelfs geen buitenlands kind in rolstoel meegenomen. Misschien had ze wel een lijstje met dingen als: nummer 9 is zonder zieligheid ook wel te doen. Ofbij nummer 11 nog een keer proberen met dakloze. Omdat ik verder niets te doen, en ergens iets interessants ge lezen had hield ik de deur voor haar open. "Kom dan maar binnen ook," zei ik. Ik liep voor haar uit en vroeg op mijn allerterloopst: "Hoe zit dat eigenlijk met dat stuk in de bijbel over Jezus die een vijgenboom vervloekt? Dat was best ge meen van Jezus want het was winter, kan die boom toch ook niet helpen dat hij geen vruchten droeg... En zijn moeder was vast ook bereid om eten voor hem te maken als hij honger had." Ik keek vanuit de keuken naar de boodschapper die glazig voor zich uit zat te staren. Waarschijnlijk stond dit niet in een van haar andere lijstjes met 'deze vragen zouden gesteld kunnen worden' of 'hoe manipuleer ik het gesprek naar het geweten.' "HEBBES," dacht ik bij mezelf. Ik deed een rondedansje, ik ren de via de muur langs het plafond en weer terug naar de gang, ik haalde de cheerleaderswolkjes uit de gangkast en zong, heel

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2007 | | pagina 13