liet hij geen ruimte, maar later bleek tijdens ons gesprek dat hij getuige was geweest van het inpakken van de Rijksdag. "New York is een geweldige plaats om te wonen, weet je", hernam Herbie snel, "het is hier geen Europa, maar ook geen Amerika, het is hier gewoon New York. Wist je dat mijn vrouw biblio thecaresse is geweest?" Dorothy luisterde mee terwijl Herbie hun verhaal vertelde. Ze knikte af en toe wat ter bevestiging en frommelde enkele foto's te voorschijn. Herbie op de Brooklyn Bridge, Dorothy voor de Brooklyn Public Library, een foto van hen beiden waar zij in ieder geval veel slanker op oogde dan ze nu was. "We houden van kunst en we houden van dieren. We vermijden een combinatie van die twee", zei ze. Ze had er waar schijnlijk een vaag voorgevoel van dat ik een vraag in die rich ting ging stellen. Dat was ik niet van plan. "Ik houd ook van dieren en vooral van vogels." Het kinderloze echtpaar Vogel had na al die jaren samen de nodige toespelingen op hun naam en hun dieren te verduren gekregen. Ze hielden er vissen op na, acht katten en een kleine twintig schildpadden, maar vogels, nee, daar waren de Vogels nooit aan begonnen. Ik vertelde over Jamaica Bay waar ik de vorige dag had rondgestruind. Dat ik daar op zo korte afstand honderden sneeuwganzen had gezien, maakte geen indruk op Herbie. Ze hadden een tijdje op Long Island gewoond en in de herfst waren ze eraan gewend geraakt grote vluchten luidruchtige sneeuwganzen te zien overkomen. Dat ik ook een mockingbird had gehoord en gezien vonden ze wel bijzonder. "Daar heb je de mockingbird", mompelde Herbie bij de binnenkomst van France. Ze stelde zich aan ons voor, maar ik verstond haar naam niet en maakte dat kenbaar. Ik ben France, de vroegere echtgenote van Martial. Ik kende maar één Martial en dan nog slechts van naam. Tijdens de gesprekken bleek dat Martial inderdaad de Martial was die ik in gedachten had gehad en ik zag nu ook de gelijkenis met de pop-art portretten van Martial Raysse. De tijd had z'n werk gedaan, maar in het gezicht van France zag ik duidelijk de trek ken van die portretten terug. We hadden er geen flauw idee van wat ons te wachten stond. Ja, we waren uitgenodigd te komen dineren, maar meer wisten we niet. Een "O.K. zullen we gaan?" maakte duidelijk dat het etentje niet thuis zou plaatsvinden. Via één lange trap daalden

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2008 | | pagina 48