en zo zonder schuldgevoel kunnen breken met alle emotionele banden uit het verleden. Ik wilde mij bevrijden en openstaan voor spontane verliefdheid. Bewijzen dat God dood is valt niet mee. Houden van daarentegen zou ik verkrachten, door het slijk slepen en door het riool spoelen. Afbreken is opbouwen. Ik daalde af in de krochten van mijn verhitte geweten. Dat heb je zo met abstinentie! Je verwart nuchter zijn met Waarheid. Het leidt tot verval en - in mijn geval - tot een plotse dood. Zo voelde het althans. Volgens mij ben ik even dood geweest. Ik wist dat ik zo aan het eind zou komen van mijn leven. Niet dat ik naakt en overdekt met akelige steek- wondjes op de tweede bladzijde van dit verhaal zou liggen. Ha- HaHa. Daar lig Ik. Mijn gelaat bedekt met een slip dekbed. Geronnen bloed kleeft aan mijn buik en lendenen. Mijn slappe lid kleeft met de afgewerkte eikel aan de fijne pluisjes van het hoogpolig tapijt in de slaapkamer. Lek ker zacht aan je voeten. Een aardappelschilmesje priemt ter hoogte van de lever in mijn witte lijf. Ben ik nog warm? Mijn ogen staan on schuldig. Zoals een kind versteend speelt in de zandbak op het dorps pleintje van Pompei. Het huis is verlaten. Asbakken nog vol en het flesje massageolie drupt leeg op mijn rechter slaap. Ik hoor een busje stationair draaien om Poolse werknemers op te halen. Mooie dood zeg, scherts ik ontluisterd. Ik sterf, zo wist ik zeker. De vooravond van deze brute afrekening had ik mijzelf van elke blaam gezuiverd. Ik ben onschuldig, dacht ik. Neem af stand van elke geldende norm dat een getrouwde vent met twee opgroeiende kinderen zich niet mag verliezen in een pas sionele verliefdheid, zonder zich enorm klote te voelen. Het boetekleed, zo groot zoals het IJzeren Gordijn van voorheen. Sterker nog: U zult deze puberale bevlieging 'dood denken'; uit het cerebrale systeem deleten. Dat nooit! was mijn eerste reactie. De emotie was oprecht. Hoe ik ook tegen mijn ziel aantrapte, de verliefdheid bleef fier over eind. Haar karakter getuigde van een ongemene onschuld. Ik was acht weken nuchter. Kon me nergens achter verschuilen. Het zijn lucide emoties. Ik wilde mij niet genezen. Deze ver-

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2008 | | pagina 74