geen ander materiaal gebruikt was. Maar de gedaante die voor ons stond was van een geheel andere aard. Het was iets zwarts en gestrengelds in de vorm van een man, iets wat uit de aarde leek te komen en als een donkere schimmel over de houten planken was gegroeid, daarbij de hele structuur consumerend. Onder hingen nu twee verweerde benen, zwartgeblakerd, en het ingezakte hoofd was als een zak vol as boven op een mager, zwart gekrijt lichaam. En dan waren er de twee dunne uitge strekte armen die iets weg hadden van de knobbelige takken van een boom die door de bliksem was getroffen. Dit alles werd gedragen door een dikke, donkere staak die uit de aarde rees en het gedrocht in was gekropen als een hand in een pop. En zelfs toen die bedrukte dag overging in de nacht werd ons zicht afgeleid door de immense donkerte van het ding dat daar zo zwart in de schemering hing. Zijn samenstelling leek te be staan uit de zwartste aarde, aarde die zich ergens bewegingloos ophield in de diepte, waar een weelderige leemlaag zich had in gevreten in een moeras van schaduwen. Al gauw realiseerden we ons dat we allemaal stil waren gevallen, overweldigd door een diepe duisternis die ons zicht leek te absorberen maar tege lijkertijd niets aan ons blootgaf behalve een diepe afgrond in de contouren van een mens. Zelfs wanneer we het waagden een hand op de massa te leggen, vonden we alleen grotere myste ries. Want er bevond zich nauwelijks iets tastbaars, hooguit een glimp van materiële sensatie; een flauw gevoel van wind of wa ter. Het leek niet meer te bevatten dan wat wakkerende vlam men, maar dan wel vlammen die nauwelijks warmte afstraal den, zwarte vlammen die samengevlochten leken om het ver teerde weefsel van rottend fruit aan te nemen. Er was een vage gewaarwording van circulatie alsof er binnenin een kronkelend leven stroomde. Maar niemand die zijn grip er lang op kon houden alvorens hij weer gauw een stap achteruit deed. 'Verdomd dat ding. Dat gaat echt geen wortels schieten op mijn land!' zei de oude boer. Toen liep hij naar de schuur. En net als de rest van ons probeerde hij iets weg te wrijven van de hand waarmee hij de ineengekrompen vogelverschrikker had aangeraakt, iets wat onzichtbaar was. Hij kwam weer terug met een arsenaal aan bijlen, spades en an-

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2008 | | pagina 92