c
(3
KJ
vo
Ik zong toen ik ten strijde trok. Ik zong
niet langer toen ik thuiskwam in een stad
van stockfilm, een parade achterwaarts:
de schokkerige beelden van mijn scholen,
van klas na klas na klas waarin ik zat.
Zoom in op het gezin waarin het vlees
door hem gesneden wordt, en zij op zondag
^3 een pudding stort, jij doordeweekse thee
<3 met dagmelk morst.
(3
Het regent witte puntjes
door de vertedering waarmee een vrouw
O) in donkergroene duster zich, gebogen
over een rotan wieg, in haar beweging
gezien weet.
Dan opeens stapt ze opzij
en slaat de kap terug en kijk: Daar groeit
00 geen man of vrouw of vrucht of vlek; alleen
tg een lege plek.
De film is doorgebrand,
het witte niks in den beginne gloeit.
00
Tf