Wrijvend over zijn achterste komt Pan overeind. De man wijst naar de grond. Wegwezen, zegt dat gebaar. Pan schopt hem snel tegen zijn scheen. De mond van de man zakt open. Hij heft een hand op om Pan een draai om zijn oren te geven, maar daar wacht Pan niet op. Hij draait zich om en springt van de steiger af. "Matsu!" hoort hij de man nog schreeuwen, maar hij piekert er niet over. En nu hij eenmaal door de lucht zeilt is terugkeren toch onmogelijk. Met een harde klap komt hij neer. Hij landt op zijn blote voeten en de schok trilt door zijn benen omhoog. Maar hij kan blijven staan en begint te rennen. Hij kijkt niet om, maar blijft rennen totdat hij het steegje uit is. 12 De volgende dag komt Pan behoedzaam dichterbij. Hij wil niet dat de werklui hem zien, dus sluipt hij voorzichtig het steegje in. Hij durft niet tot aan de achterdeur te kruipen, maar ver schuilt zich wat eerder achter twee vuilnisemmers. Van hieruit kan hij de achterdeur nog goed zien. Hij ziet dat de sandalen er weer staan. Hij houdt ook de steiger in de gaten om te zien of de man met de handdoek om het hoofd er nog is. Maar alle werklui lijken op elkaar voor Pan, zeker op deze afstand. Er komt een zoete, kleverige geur uit de vuilnisbak en Pan zou hem om willen gooien om uit te zoeken wat erin zit, maar hij durft nu geen aandacht te trekken. Het wachten verveelt hem. Dan hoort hij de achterdeur openschuiven. Zij is het. Haar blote voeten glijden als de koppen van bleke, behendige slangen in de wachtende sandalen. Ze schuift de deur achter zich dicht. Het mandje aan haar arm is gevuld met groenten. Ze loopt bij Pans schuilplaats vandaan en hij steekt zijn hoofd wat verder uit om haar loopje te kunnen volgen. Ze loopt langs de steiger, maar het blijft vandaag stil. Geen gefluit of geroep. Het valt haar ook op, want ze vertraagd haar pas en kijkt even omhoog. En dan springt er een man tevoorschijn. Hij heeft in de scha duw onder de steiger staan wachten. Het is geen werkman, want hij draagt het kostuum van de salarismannen. Zij slaakt een verschrikte kreet als ze hem ziet. Het klinkt een beetje als

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2009 | | pagina 83