taxodium mucronatum Ik die onder het gras woon mijn borst vol schrammen mijn tepel opengehaald voed je week na week dertigduizend liter water mijn onlesbare Ahuehuete en luister al tweeduizend jaar naar het oprukken van kindervoeten. Wie rent het hardst de 42 meter van je stam? Mensen kerven dieren in je brede dijen, hun faam, duwen tegen je aan en jij niet gevangen niet verbannen door niemand te vellen wuift moord en brand weg. En heb het lef niet om te vallen of ik sluit de kraan. Uit: Tussentonen (De Geus, 2004)

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2009 | | pagina 60