had de avond tevoren via z'n dochter van Barbara gehoord wat het onderwerp van ons gesprek zou zijn en hij had zich behoorlijk ingeleefd. De boksende dichter die aan de westkust van Mexico op de oceaan uit het zicht was verdwenen en nooit teruggekeerd, was volgens George in 1918 na veel ontberingen dankzij aanhoudende oostenwinden en veel geluk uiteindelijk op Hawaï beland. Een atlas lag gereed en hij toonde me de mogelijke route die Cravan zou hebben gevolgd met zijn zeil bootje en wellicht met een of andere boot die hem later had opgepikt. De oorlog was ten einde en zwerver Fabian Avenarius Loyd alias Arthur Cravan legde contact met Amerikaanse mili tairen. Hij greep zijn kans op een nieuw leven door in zijn onderhoud te voorzien als bokstrainer op de militaire basis in Honolulu en de overdekte boksarena in Pearl Harbor. Tien jaar na zijn komst op het eiland werd Carlo geboren, de latere boks kampioen Bobo Olson. Nadere uitleg zouden we niet krijgen, Georges gezicht liep rood aan, hij begon sneller te ademen en zijn dochter gebaarde dat het beter was dat we zouden stoppen met het gesprek. We kondigden onze komst voor de volgende dag aan, maar die woorden waren aan George niet meer besteed. Met z'n dochter kwamen we overeen dat we 's avonds zouden bellen voor een volgende afspraak. We gingen in het dorp op onderzoek uit. Arthur Cravan was na een lange lift in Meductic aangekomen en hij zou per trein enkele dagen later weer zijn vertrokken. Eerst maar eens op zoek naar het station van Meductic. Dat bleek volledig van de aardbodem verdwenen. Op de plaats waar het had gestaan, was eind jaren zeventig de SABIAN verrezen: een fabrieksgebouw waar de nu wereldberoemde Sabian cymbals worden ver vaardigd. De cimbalenfabriek is een soort pelgrimsoord voor muzikanten, zo ontdekte ik later na een surfpartij op internet. Juist op die plek besloot de stichter van de fabriek te bouwen. Precies hier konden de cimbalen worden getest vanwege de unieke akoestiek tussen de St. Johns River en de heuvels. Hier, overgaand in de hoofdstraat, moest wel de spoorlijn hebben gelegen. In het dorp zelf vonden we daar niets van terug, maar oostwaarts bij het naburige Temple bleken langs de rivier de resten van een spoorlijn aanwezig. Het veelvuldige gebruik van biels in de tuinen was al een voorbode geweest en een vervallen

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2009 | | pagina 81