ze haar hoofd niet af. Ze wist dat het beeld van haar gezicht, ogen en lippen hem zouden opwinden. Misschien nog wel meer dan haar borsten en dijen. De lampjes van het dashboard leken te zijn ingesteld door een professioneel belichtingsteam. Het was effectbejag, maar met het gewenste resultaat. De auto bonkte verder. 20 kilometer per uur. Over een paar minuten was het voorbij. Ada bewoog haar lichaam mee in de cadans van de Peugeot en had nu wat ruimte laten ontstaan tussen hun bovenlichamen. Met haar rechterhand knipte ze het lees lampje boven de passagiersstoel aan. De slet. Ze wist wat ze wilde. De rollen waren omgedraaid. Zij was de hoer en Peto de klant. Hij kon nu afwisselend naar haar ogen en haar borsten kijken. Haar tepels waren niet meer gezwollen en leken breder geworden, donkerder. Bij Ada wist je nooit of dat opwinding betekende of juist niet. Op de heenreis waren ze hard en kwam ze hevig. Hij kuste haar gretig en nat. Hun tongen bootsten het paringsritueel na dat zich decimeters lager afspeelde, steeds heviger en sneller, steeds meer ongecontroleerd, schokkend. Ze naderden het slechte stuk in het begin van de strook. Hij bewoog nu ook mee en wilde dat het nooit meer stopte. Niet het feitelijke hoogtepunt straks, maar de paar seconden er vlak voor. Hij lette niet langer op de weg. Niets kon hem nog schelen. Ook de Cruise Control niet. Zijn rechtervoet was weer naar het gaspedaal gekropen. Hij gaf extra gas en keek haar aan. Ze lachte en kwam. Geruisloos dit keer, slow motion. Hij sloot zijn ogen en ontlaadde. De geluiden die volgden waren groots, symfonisch. Hemelse klanken van uiteenspattend glas, van metaal dat traag maar met een bijna wiskundige precisie in elkaar werd gevouwen. Van een nog loeiende motor die zich een weg baande door het interieur van de Peugeot. Zijn liefde voor Ada was eeuwig.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2011 | | pagina 73