"Mooi," zei hij prijzend. "In het verhaal The True Story staan een paar regeltjes waarin hij exact weergeeft wat het met je kan doen." Hij declameerde op gedragen toon: She opened the window wide, and stepped out. "I am flying,she said. But Martha was not flying. Tevreden keek hij me aan. Ik startte en we reden weg. In de uitgestorven polder was het aardedonker. Het was bewolkt en er was geen maan. Op de kilometerslange weg stopte ik drie keer en stapte uit om even te kijken waar we waren. Ik wist dat er ergens een bocht in de weg moest zijn. "Waarom slik je het dan?" vroeg ik, toen we voor mijn gevoel uren later het dorp binnenreden. In het licht van de straatlantaarns zag ik hoe hij me grijnzend aankeek. "Nieuwsgierigheid," zei hij. "Als je nooit iets waagt kom je ook nooit iets te weten." Ik knikte vermoeid. "Het is jouw lijf," zei ik. Alsof hij dat zelf nog niet wist. Er deden geruchten de ronde. Iemand die het kon weten belde ons op. "Ik wil niet veel zeggen," zei hij. Maar ze zoeken een Ameri kaan." Daar was ik al die tijd al bang voor geweest. Andy kon er dan wel lacherig over doen, maar het ging er toch op lijken dat hij nu de klos was. Ik overlegde met mijn moeder. Het was tenslotte haar huis. "Ze zoeken maar tot ze een ons wegen," zei ze. "Ze weten niet waar Andy zit, maar ze hebben via de ambassade het verzoek gekregen om hem op te sporen. Dat zei die man tenminste. Het hele dorp weet dat hij hier zit, behalve de politie. Maar ja. Aan de andere kant: ze komen er natuurlijk een keer achter. En Andy moet het wel weten." Andy baalde als een stekker. Het was in de weken voor carna val. Hij bouwde iedere avond mee aan een carnavalswagen en was populair in het dorp. Hij werd door iedereen uitgenodigd

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2012 | | pagina 65