O
KJ
QJ
QJ
KJ
(3
LU
van de ene hoek naar de andere en ook nog
de kamer uit de gang door kruipend
op een oud en evenwichtig knieënpaar
en wat er niet veranderd is links op de mat
het aanhoudend regenweer met natte bladeren
natte konijnen en daarbovenuit dada
de ochtenden van een mooie nieuwe auto
broembroem of vroemvroem met onrustige
bewegingen armen links en armen rechts
en op de schoorsteenmantel reuze spinnen
met onrustige ademstoten en tegen de wand
plantjes voor een volgende oorlog
komt een geleedpotige moeder zingend
uit de ijzelpotvaste dagen van haar jeugd
qj een nieuw klimaat voor het raam hangen
