Een punt van aandacht was mijn kleding voor die avond. Behalve mijn korte broek droeg ik normaal gesproken kleren die mijn oudste broer niet meer pasten. Het frisse nieuwe was er dus al een eind van af. Daar scoor je niet mee. Na veel gesoebat en gesmeek was mijn moeder bereid om een deel van mijn verdiende loon terug te geven, waarmee ik wat fatsoenlijks kon kopen. En ik wist al wat ik wilde. Ik was eigenlijk op zoek naar een soort van eenvoudige luxe. Geen geile barokkigheid, niet de madrigalen van nichterige hoge hakken met waxinelichtjes op rozetjes, de cultuur van een verstikkend gezellig kerstfeest van de middenklasse, maar meer de eenvoud van een Mercedes 350 met één enkele carburateur. Ik hield me in die tijd niet echt bezig met de schrijnende pro blematiek van de multimiljardair met teruglopende inkomsten. Zelfs de moord op Kennedy beschouwde ik als een onvermijde lijke gebeurtenis in de geschiedenis van de mensheid, een ijkpunt voor middelbare scholieren in hun moeizame strijd om zoveel mogelijk feiten in hun kop te stampen. En tevens een waarschuwing aan de mensheid om toch vooral niet te vergeten 's avonds voor het slapengaan alle deuren goed af te sluiten. Ik had in de plaatselijke kroeg in de Lach, de meest erotische glossy van die tijd, een foto gezien van een jongen in een strak ke spijkerbroek en een wollen trui. Dat moest het worden, vond ik. Het was hartje zomer en bloed heet. De mussen stortten zich suïcidaal met honderden tegelijk van het dak af. Maar ik moest een wollen truitje. Ik liep alle kledingzaken in de stad af waar ze me niet serieus namen en bovendien heel opmerkelijk vonden en uiteindelijk had een winkeltje, waar een eigenaardig figuur de baas was, nog zo'n ding in het magazijn liggen. Hij kon het begrijpen, zei hij, giechelend tot in de hoogste octaven. Vervolgens streek hij per ongeluk over mijn billen. Daarna kocht ik in een kledingzaak die er toe deed de strakste spijkerbroek die ik kon vinden. Toen ik hem in het benauwde kleedhokje na drie kwartier vechten eindelijk over mijn kont had gewurgd staarde ik afgepeigerd met bebloede knokkels in de spiegel om het resultaat te bewonderen. Ik leek naar mijn diepste overtuiging sprekend op John Wayne,

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2014 | | pagina 86