schuiver voor de sociale onderlaag. 'Big Bazar' staat in akelig
rood-geel op de gevel. In de kerk wordt sportkleding verkocht.
In het café dezelfde zure koppen van weleer, maar nu van mijn
leeftijd.
'U bent wel een oude viezerik, meneer,' hoorde ik van een paar
meisjes uit VWO-5, kort voor ik uit het onderwijs vertrok. Ze
hadden Centre Ville gelezen. Het staat op de placemat van het
café. Het verhaal eindigt met de verzuchting dat meisjes van
zestien soms toch zo mooi zijn. Dat mocht je als zevenentwin-
tigjarige in 1978 nog schrijven. Nu komt de zedenpolitie in het
geweer en mogen die meisjes niet eens meer een wijntje drin
ken in een café, laat staan een sigaretje roken. Ik raak op mijn
tweeënzestigste nog altijd erg gecharmeerd van mooie, zestien
jarige meisjes die roken, maar ik schrijf er geen verhaal meer
over, want de lullige benepenheid en bedilzucht van de jaren
vijftig zijn goeddeels terug in Nederland. De etalage is wat ver
anderd, de winkel niet.