APERITIEF ALS STORENDE FACTOR W Marthe was eigenares van een levensmiddelenzaak in een buitenwijk van Nantes, die ingeklemd lag tussen twee grote i/l zeepfabrieken, waarvan de schoorstenen onophoudelijk blauwe <3 stoom uitspuwden. De lucht stonk zo naar verbrande botten, dat je er misselijk van werd. Marthe was mijn favoriete groot- moeder. g De meeste wijkbewoners verkeerden aldaar in een algemene staat van buitengewone levensmoeheid. Hun gemoedstoestand was van directe invloed op het assortiment dat zij in haar zaak kon verkopen. De vraag richtte zich voornamelijk op rode wijn, zware Bretonse cider en aperitieven, In die winkel zag je voornamelijk jonge kinderen die, rinkelend van de lege flessen, allemaal op dezelfde schuchtere manier kwamen aanlopen, een opschrijfboekje in de hand. De ouders durfden zich niet meer te laten zien. Nagenoeg de hele wijk stond bij Marthe in het krijt. Daarover zei ze dat het toch beter was debiteuren te hebben dan door schuldeisers te worden achtervolgd. Er zou snel blijken dat zij relaties van beiderlei aard onderhield. Wanneer ik 's avonds terugkwam, betrapte ik haar steeds vaker bij de vaten, voor zicht uit starend, met een Duralex-beker in de hand. De schaamte belette mij om haar te laten merken dat ik de situatie door had, ook wanneer zij zoveel gedronken had dat haar tong bleef kleven aan haar gehemelte. Om zeven uur ging de winkel dicht, waarna wij zwijgend aten in de keuken die ook als magazijn diende. Na het diner mocht ik de kas uit de toonbank halen om met haar de dagomzet te tellen. "Hoofdrekenen is gewoon goed/' beweerde zij roezig.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2016 | | pagina 113