het thema talloze gedichten op die zich loszingen van het
onderwerp. Bij Emma Crebolder blijkt een herinnering aan een
dag bij de rivier verbonden aan de overgangsfase van meisje
naar vrouw. Tijs van Bragt ziet in een rivierplant een symbool
van een verontrustende ontwikkeling voor de mens als onder
deel van het grote ecologische systeem. Ook Jabik Veenbaas
eindigt zijn gedicht met: Ik ben de rivier jij bent de rivier. Maar
bij hem lijkt er sprake van een mystieke gewaarwording. Zelf
doe ik verslag van een confrontatie met een schrijvende rivier.
Y. Né beschrijft een lange rivier zodanig dat het gedicht zelf een
rivier van woorden en verwijzingen wordt. In het gedicht van
Johanna Kruit domineert een diepe weemoed. Wim Hofman
geeft aan wat je zo'n beetje in een rivier kan gooien (de rivier
die alle andere rivieren overbodig maakt). En Kees Engelhart
ziet Lotusvoetjes aan en voorbij een oever. Job Degenaar er
vaart het Haringvliet als een onoverbrugbaar stroomgebied.
Kees Hermis introduceert een naamloze rivier met een mono
loog over een engel. Van Jan Kuipers daarentegen mag de hele
metaforentroep in zee gedumpt. Hendrik Carette gaat voor een
historische sensatie en ziet Victor Hugo op een brug van de Our
staan. Ook Kees Klok laat het verleden voorbij stromen in zijn
gedicht Cliché. Meindert Inderwisch refereert aan de dood en
de Schelde. Eric de Rooij haalt herinneringen op aan de Prinses
Juliana die zo vaak heen en weer ging op diezelfde Schelde. Een
van de mooiste rivieren van Nederland, de IJssel, krijgt bijval
van Gerard Berends. Thom Schrijer neemt het op voor de Over-
ijselse Vecht en Bart FM Droog constateert dat een rivier loopt
waar weerstand overwonnen wordt.
Herinnering aan Holland... Nee, niet over beginnen. Jawel, het
moet, daar zijn klassiekers voor. Hendrik Marsman heeft na
tuurlijk het rivierenepos bij uitstek in 1936 gelanceerd. Eind ja
ren negentig werd het gedicht zelfs op Poetry International uit
geroepen tot het gedicht van de eeuw. De strofe met Denkend
aan Holland... is bij de meerderheid in het land wel bekend. En
dat wil wat zeggen voor een volk dat de poëzie nooit omarmd
heeft. Ik vermoed dat alle dichters die een bijdrage hebben ge
leverd de confrontatie met TRAAG en ONEINDIG LAAGLAND
zijn aangegaan. Misschien alleen al door het gedicht bewust te
negeren. Met een strofe uit Holland, een onbekender gedicht