Z Het leven is voor mij te slap verhaal.
UJ In wezen pulp, één krentenloze pap.
^7 In de prijzen? Van dit prachtbestaan,
hoe warm en lovend ook besproken,
lees ik op zijn hoogst de achterflap.
Mij verdoven met trompetten lof
op vriendschap, vlinders en geluk,
als ware jachttrofeeën opgevoerd?
Te lang geen neus. Bedrog de norm.
Mijn handboek is de Donald Duck.
Maar wijs en zuur geen beter span
dan dom en gans, dan aas en gier.
Armoedig wie geen dromen heeft,
terzijde wie geen ring betreedt.
Mijn keerpunt wordt dit briefpapier.
Ooit moest iemand door mijn afweer
(#1 heen. In proefdruk greep jij al de kans
O verflauwde lust wat bij te voeden.
O Alles in je sluimerogen en je schattig
GÉ waggelpasje trekt me danig uit balans.
41
TJ3 Gedraaid niet langer rond wat wij
alleen de wereld kunnen laten zien:
Q) hoe echt, hoe mooi, hoe hemels diep.
W Schrijf je terug, gaan alle veren los.
Je kent me toch? Of niet, Katrien?
VO
Ul
O
GÉ
UJ
O
De Rhone is een wilde stroom
En de Donau is zo blauw
Maar de Rotte is de natte droom
Waar ik het meest van hou.
Parijs ligt aan de Seine
En Stad aan 't Haringvliet
Maar een mooiere mise-en-scène
Dan de Rotte is er niet.
De Rijn is zeer onveilig
Met die listige Lorelei
De Ganges is te druk en heilig
Dat is niets voor mij.
Neem nou de Jangtsekiang
Die door heel China gaat
Zesduizend kilometer lang
Maar nergens Oud Verlaat.
41
Ik toer op mijn Gazelle
Vanaf de Karnemelksebrug
Tot in de buurt van Moerkapelle
En dan weer helemaal terug.
*7)
41
O
41
QÉ
De Maas is ook wel aardig
Maar iets te breed en vies
Het is dus niet zo eigenaardig
Dat ik voor de Rotte kies.
•wtm