bonden herdruk van Het woud der verwachting, geïllustreerd miniatuurschilderingen uit de 14de en 15de eeuw Deze uit jlardag VerSChenen ter Sele§enheid van haar negentigste Hella S. Haasse overleed op 29 september 2011 in AmsterH, Zij werd 93 jaar. arri- Willem M. Roggeman: In je omvangrijk oeuvre doet zich een merk waardige evolutie voor, die misschien wel typisch is voor de ontwik keling van de literatuur in deze tijd. In je eerste boeken speelt de fan tasie nog een enorme rol. Later ga je steeds meer de authentieke wer kelijkheid vastleggen. Al duikt de verbeelding toch regelmatig weer op, want dat kan geen schrijver totaal onderdrukken. Nu heb je in een interview met Bibeb in 1963 gezegd: Hoe dan ook, ik ben ver dreven uit het paradijs van mijn vroegere zorgeloze overgave aan de verbeelding.Is dat werkelijk zo? Hella S. Haasse: Ja, wie kan daar zijn leven lang in wonen? Het zijn benijdenswaardige figuren die dat kunnen. Misschien al leen sommige dichters. Ik denk niet dat er veel romanschrijvers zijn, die dat kunnen. Het gaat vooral om dat 'zorgeloze', spon tane, waar nog geen kritisch bewustzijn aan te pas komt. Ik ben vanuit mijn kinderwereld tot schrijven gekomen. Het woud der verwachting, over het leven van Charles d'Orléans (1394-1465), is de laatste fase van de verbeeldingswereld van een kind, een meisje, dat altijd over de middeleeuwen zat te dromen en te denken Maar er komt onherroepelijk een moment waarop dat niet meer gaat, en je je rekenschap geeft van wat er gebeurt in jezelf en om je heen, in je relaties met andere mensen, en in de manier waarop je in de werkelijkheid bent. De fantasie krijgt dan een andere functie. De verrukking van het schrijven, zoals ik die gekend heb toen ik aan Het woud der verwachting werkte, heb ik nooit meer teruggevonden. Ik herinner mij bijvoorbeeld absoluut niet meer wat ik buiten het schrijven beleefd heb m dat jaar. Ook niet toen je veel later De wegen der verbeeldingschreef? Verhalen verzinnen, dat is iets wat ik voortdurend doe. De ver halen van de vrachtrijder in dat boek, dat zijn allemaal dingen die ik bedacht heb als ik 's nachts in de auto zat, in de loop van de jaren dat mijn man en ik altijd in weekends naar ons huis m Frankrijk gingen. Ik heb vaak achter het stuur gezeten, dan zie je veel, en je denkt er van alles bij. Ik zag bijvoorbeeld een huis met een merkwaardig uiterlijk, of een gezicht, of een bepaalde situatie, en dan kon ik het niet laten daar iets achter te zoeken. Zo zie ik de hele dag dingen die me nieuwsgierig maken: wat een merkwaardige mensen, wat een typisch gezicht, wat een eigenaardige verhouding lijkt er tussen die mensen te bestaan, waar zou die heen gaan, waar zou die ander vandaan komen, hoe zit dat? Dat innerlijke opnameapparaat staat nooit stil. Uiteindelijk doe je, grotendeels onbewust, een keuze uit al dat materiaal. Datgene wat je niet meer met rust laat, wat in je ge dachten blijft hangen,- daar omheen zetten zich steeds allerlei nieuwe waarnemingen en denkbeelden vast. Dat groeit meestal uit tot méér dan vluchtige verbeelding. Het waarnemen speelt bij jou inderdaad een heel belangrijke rol. Eigen lijk zou je kunnen zeggen dat waarnemen al het begin is van het Hella S. Haasse op bezoek bij Willem M. Roggeman in zijn flat aan de Kruidtuinlaan in het centrum van Brussel, op 27 november 1968.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2019 | | pagina 34