AANGAANDE ST. ANNA TER MUIDEN.
167
Mude zijn stadsrang reeds verkregen had en zou dus
een naam die in zijn tijd gebezigd werd hebben
kunnen toepassen op eene plaatswaaraan deze be
naming misschien in 't begin der dertiende eeuw
vreemd was. Doch zulk een anachronisme is wel
denkbaar, en inderdaad maar al te gewoon bij schrij
vers, die verre van den tijd leefden waarover zij
schreven minder aannemelijk echter bij een kroniek
schrijver, die zaken te boek stelt, in zijnen leeftijd
voorgevallen en die gewis niet onbekend was
met hetgeen ten aanzien van Mude, ook wat den
naam betreft, zóó kort geleden moet geschied zijn.
Daarenboven is 't waarschijnlijkdat hij zich van
vroeger geschrevene geschiedkundige bescheiden be
diende. Wij mogen dus gerusteiijk vaststellendat
do naam Mude vermoedelijk reeds eerder, welligt
door het dorpmaar zeker in 't begin der dertiende
eeuw door het water, dat de monding der Sincfala
vormdeis gedragen geworden.
II.
ST. ANNA T E R M U I D E N
EENE PELGRIMSPLAATS.
In de tijden vóór de Kerkhervorming was niets
gewoner dan het doen van „pelgrimagiën." Niet
alleen door vrome aandrift of ter verwezenlijking
van innig gekoesterde wenschen werd de menigte
ter bedevaart bewogenmaar vaak werd aan schul
digen de reis naar deze of gene bedevaartsplaats