18 DE AANSLAG OP DE STAD SLUIS. niet, en is eerst eenige jaren later gevormd, toen de stad door den aankoop van huizen en erven, eigena resse werd van de plaatse voor het stadhuis of sche penhuis. Dit laatste was in 1393 door eenen hevigen brand, te gelijker tijd als de Onze Vrouwekerk, bij na geheel vernield geworden en toen men het weder opbouwen zoude, rigtte men zich allerwaarschijnlijkst wat de bouworde der torenspits betreftnaar den vorm van het groote kasteeldat, benevens do toren van Bourgondië of het kleine kasteelomstreeks den zelfden tijd werd gesticht. Het schepenhuis zelf ont ving eene aanmerkelijke uitbreiding en men trachtte tevens vóór hetzelve een nieuw marktveld aan te leggen. De Heer Willemsstrate van Thorout, waar van nog een zeer klein gedeelte bestaatdoch die oudtijds van de Sint Jakobsstraat doorliep tot aan het stadhuis; de Onze Yrouwestraat, later Kuiper straat en eindelijk Vrijstraatwelke van de Hoog straat tot aan de Kapellestraat strekte en de Wind gatstraat, die oorspronkelijk van de Vischmarkt thans de kade tot aan de Sint Annastraat dien naam droeg, werden, voor zoo veel nood was, van 1393 tot 1424 door do stad aangekocht en de daarin staan de gebouwen weggeruimd. De oude vorm der stad ging dus daar verlorendoch er ontstond een schoon marktpleinvan waar men het gezigt had op den nieuw gebouwden sierlijken toren van het schepenhuisen het daaraan grenzende poorterhuis. Dat gezigt nu werd nog verfraaid door do plaatsing van een houten beeldje, en ziedaar waarom het juist in 1424 en waarom juist aan de noordzijde des torens werd aangebragt.

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1855 | | pagina 58