AAN EENE VERGEET-MIJ-NIET
35. PO- öe 3{anter.
OP EEN KERKHOF.
DOOR
Zoetste lievling der hoopzachtals een liefdeblik
Bloem, zoo needrig als schoon; teedre vergeet-mij-niet
Wees gegroet bij de graven
Wees gezegend waar Lauka slaapt
Als de dagtoorts verdwijntals u de nachtvorstin
Zacht en bevend verlicht, bloempjes, dan fluistert mij
Uit de velden des hemels
Lauha toe: „Ik vergeet u niet!"
En terwijl dan mijn hand zacht aan uw kelkjes raakt,
Snelt mijn blik naar omhoog, verder dan de avondster,
En dan antwoordt het harte
„Nooit, geliefde, vergeet ik u!"
Odan smacht ge in mijn zielheimwee naar 't vaderland
Als de zoon der woestijn smacht naar zijn palmenwoud
Maar dan fluistert mijn zaalge
„Toef nog: Jezus vergeet u niet!"