HOOVAARDIJ IN VLAANDEREN 3, 4 oan Safe. IN DE XIV<\ EEUW. DOOU Zucht naar standsverheffing, ingenomenheid met uiterlijken praal en pracht, begeerte om te schitte ren waren het erfdeel van den mensch der 19 eeuw niet alleen zóó schreven wij bij onze beschouwing van een gedeelte van Aardenburgs aloude keuren het zij ons vergund daar ons nog een paar zijdjes te vullen blijven tot nader bewijs daarvan, de ge tuigenissen mede te deelen van twee middel-Neder- landsche dichters die in de eerste helft der 14de eeuw het tijdperk waartoe wij onze keurten terugbrengen, bloeidenen die dat getuigenis neêrlegden in hunne rijmwerkendie tot onze dagen bewaard zijn gebleven. Jan de Weekt van IJperen schreef in zijn werk: de Nieuwe Doctrinael of Spieghel der Sonden Dat volc es heden in vulre hoverden so ghetreden dat cume yeniant es op crtrike die den andren hout vor sijn glielikc.

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1856 | | pagina 188