12 KEUKEN DEK STAD AARDENBURG. die vermeent dat treurige laatste bewijs van achting en liefde aan de nagedachtenis eener dierbare ont slapene verschuldigd te zijn. „Zoo wie die meer stal lichten brengt met een lijk, dan vijf, verbeurt drie „pond, en die ze meerder maakt, dan elk van zes „pond, verbeurt vijf pond." Wie meenen mogt dat de vaststelling eener boete op vele, vaak niets beduidende buitensporigheden of nietige overtredingen, geschiedde om den wille der overtreding, bedriegt zich zeer. Het geldelijk voordeel dat de beboeting opleverde, was vaak den schepenen een sterke prikkelom in boete te slaan. Houdt men dit niet in het oog, dan loopt men soms gevaar om zeer scherp te vorschen naar de gron denwaarom deze of gene daad strafbaar is, terwijl de strafbaarheid eigenlijk gegrond is in de begeer lijkheid van den heer of de schepenen. STRAFFEN. Onder de straffen, die door Aardenburgs sche penen op zekere wandaden waren vastgesteldzijn er eenige, die ons zoo zonderling als doeltreffend voorkomen. Wij willen er enkele, in hedendaagsche taal overgebragt, mededeelen: „Zoo wat medeblan- der 8) of brouwer die wordt bedragen van wange- maten, verbeurt drie pond, en alzoo van wijn. En den wijntapper zal men afsnijden zijn haar, de ééne helft van zijn hoofden alzoo moet hij gaan ,'ló dagen zonder kaproen (muts) en zonder hoed, "of men zal hem bannen uit de poort één jaar en- die er meer van bedragen wordtdan éénwerflnj

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1856 | | pagina 52