131
hun land zouden terug komen, volgens de schrift 10).
Verscheidenen vond men niet te huis; eenigen
veranderden willekeurig van kwartier. Geheele
gezelschappen vermaakten zich dikwijls tot laat in
den nacht. Van sommigen wordt gezegd, dat zij
hunne vrouwen afrostenanderen speelden of dron
ken, of ruiden hunne makkers op. Onder de
zieken die worden opgegeven komen ook lijders aan
schurft voor 11).
De heeren commissarissen stelden op alles, zoo
veel mogelijk, orde, tn trachtten zoowel de land
lieden als de emigranten rede te doen verstaan;
vooral verleenden zij ruimschoots onderstand.
Voor degenen, die zeiden kennis te hebben van
het bereiden van wol, trachtte men te IJzendijke
eene wolfabriek op te rigten; doch toen de wol
in gereedheid nas, kon men geen van hen aan
het werk krijgen. Om de wol uit het bederf te
houden moest men die zelf laten wasschen, en
men verkocht die daarna aan een' persoon, die het
geheele corps zooveel breiwerk gaf als het kon
verrigten; doch ook in deze bezigheid had men
weer over luiheid te klagen.
iNa cle algemeene visitatie reisden de commis
saris kutsch en twee gecommitteerden van het
rije naar den Haag, om de staten-generaal en den
raad van state omtrent den stand der zaken alhier
in te lichten. Zij maakten hun hoogmogenden en
EMIGRANTEN