Verder treft men er over geschiedkunde, over
wereldsche, militaire, politieke, maar vooral ook
over kerkelijke geschiedenis aan, en niet de minste
plaats zullen voorzeker zijne boeken over theologie
in het bijzonder hebben ingenomen.
Doch deze laatsten, zij kunnen in zake van ge
loof zijn gevoelen niet bepalen; den bijbel en den
bijbel alleen wil hij ten rigtsnoer gesteld hebben,
die ons den regten weg zal aanwijzen en alle ver
schil van gevoelen moet doen verdwijnen.
Hoor slechts zijn gevoelenzijne gedachte
daaromtrent
Hij is opregt, godvruchtig zonder veinzerij; hij
kan geene overdrijving dulden en wantrouwt de
dweepers, waartegen hij ons waarschuwt:
164
PETRUS HÓNDIUS
In het cort', en al van passé
En op orden heeft geschat.
Ofte valter eenigh schil,
Swijgen alle beyde stil,
Neusen in den bibel steken,
Hooren onsen regter spreken,
Die ons in sijn eyghen tale
Yelt het vonnis van den strijt
Ende schillen altemale,
Maeckt van ons geloove quyt.
Hier vint iele hipocryten
Bij ons lanckst straete gaen,
Die groot en cleen verbijten,
En met de tonghe slaen: