188 WEL O YEELEGD. Zeker doctor bij een' armen man, wiens vrouw zeer ziek lag, geroepen zijnde, zag den boel eens rond; doch wel inziende, dat daar weinig te ver dienen was, ried hij den man een' doctor van de stad te nemen, en wilde nu heengaan. „Neen," zeide de man: „Ik wil w hebben; ik heb nog vijftig gulden: hetzij gij mijne vrouw geneest of haar doet sterven, die som zal voor u zijn." Dit akkoord werd aangenomen. De vrouw stierf, en nu vroeg de doctor om zijn vijftig gulden. „Heb je de zieke dan genezen, doctor?" vroeg de man. „Neen," was het antwoord. „Heb je haar dan doen sterven?" „Waarachtig niet!" hernam de doctor. „Welnu, wat wil je dan!" PETRUS HONDIUS een witsen geysbeek een ongunstig oordeel over de Moufe- schans hebbe geveld, is mij onbekend; doeb zal ik mij niet wagen hierover een nader oordeel uit te spreken, als latende dit aau meer bevoegden over. 18) Immers, zoo hij geweest is een medeleerling van hein- sitjs op de latijnsche school te Vlissingen, kan men gelooven, dat hij ook met dezen bijna van den zelfden leeftijd zal zijn gG- weest. Heinsius, geboren in 1581, telde ten jare 1621, het sterf jaar van HONDtus, dus 40 jaren, en dat iiondius alstoen nog zeer werkzaam was, bewijst de uitgave van zijne Moufeschans in dat zelfde jaar.

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1857 | | pagina 228