O» 221 DE WORTEL DES KWAADS. Zeker zieke zeide eens knorrig tot zijn doctor: „Mijnheer! gij hebt mij nu al zoo lang onderhanden gehad, doch zonder merkbaar gevolg; ik moet u dus verzoeken, de kwaal wat krachtiger aan te pakken, en den wortel des kwaads met één' slag te vernietigen." Dat zal ik dadelijk doen," antwoordde de arts lagchende, ligtte zijn' stok op, en verbrijzelde met één' slag een langhals, die op de tafel stond. KUST IN VREDE. Om U, die scheidt en weêr vereent, Van ganscher ziel te prijzen! Wil ons met hen door uw' gena In Salem zamen brengen, Opdat wij met hen liefde en lof U daar ten offer mengen In vrede rust' der dierbren asch Tot aan den jongsten morgen, En ook ons stof ruste eens in vree, Waar ook in 't stof geborgen. En als de dag der dagen licht, En de aarde weêr moet geven Wat in haar slaapt, ons aller deel Zij, Heer! dan 't eeuwig leven!

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1857 | | pagina 261