75
DER SLUIZENAREN OPSTAND.
te weten, van eiken hoede tarwe vier gr. Item van eiken hoede
andere graans 2 gr."
Het regt om te kannen „asseoir, cueilli r et lever" de gezegd
cueillote, was den Sluizenaren verleend door graaf philippus van
Bourgondie te Valenciennes, den 21 December 1458, ook al om
den grooten schuldenlast der stad zooveel mogelijk te verligten.
Het bodemgeld bestond in eene belasting van twee grooten op
elke tonne vreemd bier, te Sluis aangevoerd wordende.
Den 12den April 1449 gaf graaf philippus van Bourgondiö
aan de stad Sluis over: „le congié du ballast en l'eau, le droit
et ferme du tonlieu a l'Ecluse, le droit des deux gros sur chacun
tonnel de cervoise de Hambourg et Bremen, les revenus de la
clergié du bailliage de l'eau et pareillement toutes les rentes fon-
sières et héritables, qu'il prenait annuellement sur les maisons et
heritages en cette ville," en dat, wijl zij duizend pond parisis lijf
renten verkocht had ten voordeele van den graaf, hoewel deze, vol
gens zijn eigen getuigenis, bij verscheidene opene brieven beloofd
had de non la plus requérir ni faire requérir de plus v endre,
charger ou obliger la dite ville d'aucune rente." Zoo kregen de
Sluizenaars het verlofgeld, den tol, de grondrente in hun
bezit, maar groeven zij tevens zeiven den kuil van hunnen
ondergang.
„Le droit du passage de l'eau a l'Ecluse et le droit dn
wazegeld" werden ten voordeele der graven op het Zwin, voor
Sluis, geheven. Het eerste om de doorvaart der schepen; het
tweede om hunne ligplaats op de waze, d. i. de slikken die zich
vóór Sluis, van de Onze Vrouwepoort tot het kasteel uitstrekten.
Zoo hebben wij dan gezien, door welke lasten de handel, door
welke heffingen de eerste levensbehoeften gedrukt werden; wij
willen ten slotte nog enkele der bijzondere ontvangsten mededeelen,